Emergis moet zich voorlopig houden aan besluit Nederlandse Zorgautoriteit


Eind december 2020 heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) aan Emergis laten weten dat zij besloten heeft om ons twee verplichtingen op te leggen voor aanmerkelijke marktmacht. De Nza vindt dat Emergis een te grote marktpositie heeft in Zeeland en daardoor misbruik zou kunnen maken van deze positie. Ook is de NZa van mening dat de zorg mogelijk minder doelmatig is. De twee verplichtingen die de NZa oplegt, omvatten een transparantieverplichting en een contracteerverplichting. Omdat we het niet eens zijn met het besluit hebben we een voorlopige voorziening met opschortende maatregel en een bezwaar ingediend bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb).

Het CBb heeft zich dinsdag 4 mei uitgesproken en heeft de voorlopige voorziening afgekeurd. Dat vinden we heel teleurstellend en betekent dat de transparantieverplichting en de contracteerverplichting van kracht zijn vanaf vier weken vanaf nu.

Transparantieverplichting
De transparantieverplichting houdt in, dat Emergis een plan van aanpak opstelt in overeenstemming met de Bestuurlijke Akkoorden GGZ over doelmatigheid en beperkte volumegroei en dat dit plan wordt afgestemd met de zorginkopers van de verzekeraars.

Contracteerverplichting
De contracteerverplichting betekent dat Emergis akkoord moet gaan met de eisen van de verzekeraars voor zover deze als redelijk te classificeren zijn en in lijn zijn met landelijke afspraken.

Gerco Blok, raad van bestuur: “Ondanks de teleurstellende uitkomst van de voorlopige voorziening, zien wij nog altijd met vertrouwen de daadwerkelijke inhoudelijke behandeling van het besluit van de NZa door het CBb tegemoet. Met de verwachting dat dan alsnog dit besluit vernietigd wordt”.

Printversie van deze paginaPrint